De eierwekker
Het is half vier. De bel gaat. Ik doe de deur open. Breed grijnzend komt Mo de trap op gestommeld. Hij zwaait met een grote puntzak snoep. ‘Voor bij de thee’, legt hij uit. De meeste leerlingen komen meestal pas om half vijf, maar Mo komt altijd eerder, een kop zwarte, zoete thee drinken (‘Acht scheppen suiker graag!’) en even kletsen. Mo komt uit een groot Marokkaans gezin. Zijn vader is een paar jaar geleden plotseling heel ziek geworden. Sindsdien probeert zijn moeder, die nauwelijks Nederlands spreekt, het hoofd boven water te houden en vijf kinderen te voeden en naar school te laten gaan. We praten over voetbal, Mos grote passie. Hij hangt onderuit gezakt op de stoel en roert krachtig in zijn beker thee.
Plotseling stokt het gesprek. ‘Ik ben vandaag geschorst. Ik mag een week niet naar school komen’. Glunderend kijkt hij mij aan. De zon schijnt, het is warm buiten en Mo hoeft niet naar school. Hij kan de hele dag voetballen. Wat wil je als puber nog meer? Ik probeer streng te kijken en vraag: ‘Mo, waarom ben je geschorst?’ ‘Tja, dat weet ik zelf ook niet. Mijn mentor vond dat ik brutaal ben geweest.’ Hij kijkt mij vragend aan. Alsof ik erbij ben geweest. Er valt een stilte.Hij was op school een beetje aan het lachen en stoeien met zijn buurman. Zo begint hij zijn verhaal. Ik ken Mo als een vrolijke jongen die wel van een grapje houdt, maar echt brutaal – dat wil zeggen respectloos en grof – dat is hij niet.
Maar dan vertelt Mo verder. Hij wordt de klas uit gestuurd. Zijn buurman mag blijven zitten. Boos verlaat Mo het lokaal en slaat met de deur. Hij wordt altijd boos als hij oneerlijk wordt behandeld, legt Mo uit. Weer is het stil. Hoe vaak is Mo dit jaar al uit de klas gestuurd? ‘Al drie keer deze maand, mevrouw, daarom ben ik nu geschorst.’ ‘Bij dezelfde docent?’ vraag ik verder. Hij knikt.
Zijn moeder was al op school uitgenodigd voor een tienminutengesprek. De mentor had aan het begin van het gesprek een eierwekker opgewonden. Tien minuten zijn tien minuten. Voordat moeder het verhaal goed en wel had begrepen, was de eierwekker afgegaan en moest ze naar huis. Thuis was moeder heel boos geworden, vertelt Mo. De moeder van Mo vindt namelijk dat leerkrachten altijd gelijk hebben. Dat vinden de meeste ouders van onze leerlingen. Docenten zijn volwassenen die ook nog hebben doorgeleerd. Die spreek je dus niet tegen. Ik wil het verhaal toch ook eens van de andere kant horen en besluit de volgende dag naar school te bellen. Mo is na mijn telefoontje niet meer uit de les gestuurd. Laatst moest zijn moeder weer naar school komen voor een tienminutengesprek. Nu voor zijn rapport. ‘Geen eierwekker deze keer, mevrouw’, grinnikt Mo. Volgens Mo komt dat omdat zijn mentor nu weet dat er nog iemand over de schouders van Mo en zijn moeder meekijkt. Ik denk dat hij gelijk heeft.
Inge van Bommel is projectleider van JONG Transvaal